1. Bedrijven en ondernemers
- VPB: verlaging van de lage-schijfgrens van €395.000 naar €200.000 (2023).
- FOR (Fiscale oudedagsreserve): geen opbouw meer vanaf 2023.
- Gebruikelijk loon DGA: doelmatigheidsmarge van 25% naar 15%.
- 30%-regeling: beperking tot een salaris van maximaal de Balkenende norm (€216.000 in 2022) vanaf 2024. Er komt een overgangsregeling met ingroeipad van 3 jaar.
2. Vermogen
- Box 2: twee schijven: 26% over €67.000 en 29,5% over het meerdere per 2024.
- Box 3: verhoging heffingsvrijvermogen teruggedraaid (dus niet naar €80.000).
- OVB hoge tarief: niet verhogen naar 9%, maar naar 10,1% per 2023.
3. Overig
- Algemene heffingskorting: afbouw door niet alleen rekening te houden met het box 1 inkomen, maar ook met het box 2 en box 3 inkomen (verzamelinkomen) vanaf 2025.
- Ouderenkorting: terugdraaien voorgenomen verhoging (zou zijn €376).
- Onbelaste reiskostenvergoeding: van 19ct naar (waarschijnlijk) 21ct vanaf 2023, en dan waarschijnlijk naar 23ct vanaf 2024.
- Afkoop lijfrente bij arbeidsongeschiktheid: revisierente alleen over het bedrag waarmee de afkoopgrens wordt overschreden (goedgekeurd in MvF 8 september 2020, nr. 2020-16039).
4. Niet-fiscaal
- AOW: koppeling aan het minimumloon
- AOW: afschaffen inkomens ondersteuning AOW. Stapsgewijze verlaging in 2023 en 2024 naar afschaffing vanaf 2025.
- Minimumloon (WML): verhoging vervroegen naar 2023. Het WML gaat in 2023 2,5% omhoog, in 2024 weer 2,5% en in 2025 2,32%
- Kinderbijslag (AKW): wetsvoorstel om over 2022, 2023 en deels over 2024 niet te indexeren, wordt ingetrokken.
Meer info? Zie de Voorjaarsnota 2022.