Oordeel Hoge Raad
- het sinds 2017 geldende forfaitaire stelsel is verder af komen te staan van een heffing over het daadwerkelijk genoten inkomen, terwijl de wetgever dit wel heeft beoogd.
- het perkt de door het EVRM gegarandeerde recht in om vrij te beschikken over eigendom, doordat het een verhoudingsgewijs zware financiële last verbindt aan de keuze om niet over te gaan tot het risicovol beleggen van vermogen.
- het is discriminerend, doordat degenen die pech hebben gehad met hun risicovolle beleggingen relatief zwaar worden belast.
- er is niet een redelijke verhouding tussen de belangen die de wetgever wilde dienen met het forfaitaire stelsel (uitvoerbaarheid, realiteit en opbrengst) en de ongelijkheid die met het stelsel wordt veroorzaakt.
- noodzaak adequate rechtsbescherming te bieden tegen de geconstateerde schending van zijn fundamentele rechten.
- alleen het in 2017 en 2018 daadwerkelijk behaalde rendement mag in de heffing worden betrokken.
Zie HR 24 december 2021, ECLI:NL:HR:2021:1963.
Dit arrest heeft tot gevolg dat de Inspecteur conform deze uitspraak kan beslissen op alle bezwaarschriften die zijn ingediend in de zaken die zijn aangemerkt als massaalbezwaar.
Is nog geen bezwaar gemaakt, en is dit nog wel mogelijk? Wacht niet te lang! Er komt vast een ingreep vanuit het ministerie.
Contact
Heb je vragen over verlaging van de box 3-heffing? Neem dan contact met ons op.
Neem contact op