Zoeken op

Zoeken op

Alles

27 januari, 2019

Nieuwsberichten januari 2019

Hieronder lees je de nieuwsberichten van januari 2019.

  1. Loonkostenvoordeel lage inkomens? Nieuwe tarieven
  2. Overdracht aandelen onroerendgoed-bv? Geen overdrachtsbelasting
  3. Winstvrijstelling vereniging, hoe te berekenen?
  4. Klopt je voorlopige aanslag 2018 nog?
  5. Wil je fiscaal voordelig investeren in milieuvriendelijke technieken?
  6. Btw-vrij personeel uitlenen? Nieuwe voorwaarden!
Nieuwsbrief items
eindheffing wkr

1. Loonkostenvoordeel lage inkomens? Nieuwe tarieven

Heb je werknemers in dienst met een laag loon? Dan heb je misschien recht op een tegemoetkoming in de loonkosten. De grenzen voor het uurloon voor het lage-inkomensvoordeel (LIV) zijn voor het jaar 2019 onlangs vastgesteld.

Twee categorieën
Werkgevers hebben recht op een tegemoetkoming in de loonkosten als ze werknemers in dienst hebben die minimaal 100% van het wettelijk minimumloon verdienen en maximaal 125%. Er zijn twee categorieën. Ten eerste de hoge tegemoetkoming. Die krijgt de werkgever in 2019 voor werknemers met een uurloon van minimaal € 10,05 en maximaal € 11,07. De lage tegemoetkoming geldt voor werknemers met een uurloon van meer dan € 11,07 en maximaal € 12,58 per uur. De hoge tegemoetkoming bedraagt € 1,01 per uur en maximaal € 2.000 per jaar. De lage bedraagt € 0,51 per uur en maximaal € 1.000 per jaar.

Je kunt het uurloon van je werknemers zelf beïnvloeden, zodat je zo veel mogelijk van het LIV profiteert. Bijvoorbeeld door werknemers die iets boven de grens van het uurloon verdienen een kostenvergoeding via de werkkostenregeling te geven in ruil voor iets minder loon. Uiteraard kan dit alleen binnen de wettelijke mogelijkheden.

2. Overdracht aandelen onroerendgoed-bv? Geen overdrachtsbelasting

Bij schenking van onroerend goed dat tot een onderneming behoort, hoeft onder voorwaarden geen overdrachtsbelasting te worden betaald. De Hoge Raad heeft eerder bepaald dat dit ook geldt in de situatie waarin het gaat om aandelen in een bv die onroerend goed exploiteert.

Vrijstelling overdrachtsbelasting
De wet bevat een vrijstelling van overdrachtsbelasting voor goederen die behoren tot een onderneming en aan die onderneming dienstbaar zijn. Voorwaarde is wel dat die onderneming in zijn geheel moet worden voortgezet. De vrijstelling geldt voor kinderen, kleinkinderen, broers en zusters – of hun echtgenoten – van de ondernemer. Hiertoe behoren ook pleegkinderen, halfbroers, halfzusters, pleegbroers en pleegzusters.

Vrijstelling ook bij schenken aandelen
Naar de letter van de wet geldt de vrijstelling niet voor aandelen in een onroerendgoed-bv. De Hoge Raad heeft nu beslist dat de wet ruim moet worden uitgelegd en dat de vrijstelling ook geldt voor aandelen in een onroerendgoed-bv. Voorwaarde is wel dat de vrijstelling ook van toepassing geweest zou moeten zijn als er geen aandelen, maar onroerend goed zou zijn geschonken of op andere wijze zou zijn overgedragen.

3. Winstvrijstelling vereniging, hoe te berekenen?

Verenigingen en stichtingen zijn volgens de wet onder voorwaarden vrijgesteld van vennootschapsbelasting (Vpb). Hoe werkt dat in de praktijk uit? Eerder zette de rechter een streep door de recente uitleg van staatssecretaris Snel van het ministerie van Financiën.

Wanneer geldt de vrijstelling?
Verenigingen en stichtingen zijn volgens de wet onder bepaalde voorwaarden vrijgesteld voor de Vpb. Van belang is met name dat de winst in het betreffende jaar niet meer bedraagt dan € 15.000. De vrijstelling geldt ook als de winst in het betreffende jaar, samen met die van de voorafgaande vier jaren, niet meer dan € 75.000 bedraagt.

Rechter beslist anders
In de zaak van rechtbank Gelderland was de inspecteur van mening dat de vrijstelling pro rata moet worden berekend als de stichting of vereniging nog geen vijf jaar bestaat. Dus als de stichting of vereniging bijvoorbeeld drie jaar bestaat, mag de stichting – om voor de winstvrijstelling in aanmerking te komen – hooguit een winst van € 45.000 hebben, aldus de inspecteur. Máár, de rechter besliste anders en zette daarmee een streep door de uitleg van de staatssecretaris.

Gezien de mening van de staatssecretaris, ligt hoger beroep van de fiscus voor de hand. De uitspraak staat dus nog niet definitief vast.

4. Klopt je voorlopige aanslag 2018 nog?

Aan het begin van het nieuwe jaar zal je al meer zicht hebben op je winstcijfers over 2018. Misschien is het zelfs tijd om je voorlopige aanslag aan te passen.

Verwacht je een afwijking?
Ondernemers krijgen aan het begin van het jaar een voorlopige aanslag inkomstenbelasting. Omdat je winstcijfers dan nog niet bekend zijn, baseert de fiscus zich op de cijfers uit het verleden. Verwacht je een afwijking, dan kun je de aanslag zelf aanpassen of dit laten doen door je accountant.

Een afwijkend winstcijfer kan het gevolg zijn van een mee- of tegenvallende winst, van onvoorziene kosten, van de aankoop van een woning of van een echtscheiding.

5. Wil je fiscaal voordelig investeren in milieuvriendelijke technieken?

De staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat heeft de Milieulijst 2019 vastgesteld. In deze Milieulijst zijn categorieën bedrijfsmiddelen aangewezen die in aanmerking komen voor Willekeurige afschrijving (Vamil) en voor milieu-investeringsaftrek (MIA).

Met de MIA profiteer je van een investeringsaftrek die kan oplopen tot 36% van het investeringsbedrag. Dat komt bovenop je gebruikelijke investeringsaftrek. Met de Vamil kun je tot 75% van de investeringskosten afschrijven. Bedrijfsmiddelen die in het belang zijn van de bescherming van het Nederlandse milieu worden met de instrumenten MIA en Vamil fiscaal gestimuleerd. Hierbij gaat het om niet-gangbare bedrijfsmiddelen.

6. Btw-vrij personeel uitlenen? Nieuwe voorwaarden!

Het uitlenen van personeel is in beginsel gewoon belast met btw. Er zijn echter uitzonderingen. Het besluit dat betrekking heeft op die uitzonderingen, is herzien. Enkele voorbeelden.

Personeel in sociaal-culturele sector
Personeel dat werkzaam is in de sociaal-culturele sector, kan onder voorwaarden zonder heffing van btw worden uitgeleend. In het besluit is een extra voorwaarde toegevoegd. Deze bepaalt dat ook de uitlener zich wat betreft zijn primaire activiteiten moet kunnen beroepen op de vrijstelling die in de btw geldt voor prestaties in de sociaal-culturele sector. Hij mag voorts geen winst beogen of concurrentieverstorend optreden.

‘Nauw samenhangende’ prestaties
De Wet omzetbelasting kent ook een aantal vrijstellingen, onder andere voor medische diensten en onderwijs. Deze vrijstellingen bevatten veelal een bepaling dat met deze diensten ‘nauw samenhangende’ prestaties evenzeer onder de vrijstelling vallen. Dit om te voorkomen dat een gering onderdeel van de prestatie wel belast zou zijn. Het herziene besluit geeft voor een aantal vrijstellingen aan wanneer het uitlenen van personeel als een ‘nauw samenhangende’ prestatie kan worden aangemerkt.

Meer artikelen