Wat betekent Prinsjesdag voor de loonheffingen? Je leest het in dit artikel. We gaan in op verlaging vrije ruimte werkkostenregeling, verruiming en vereenvoudiging vrijstelling OV-abonnementen en voordeelurenkaarten. Tot slot lichten we de verhoging reiskostenvergoeding toe.
Voor 2023 bedraagt de vrije ruimte 3% voor zover het fiscale loon niet meer bedraagt dan € 400.000. Is het fiscale loon hoger dan € 400.000 dan geldt voor het meerdere een percentage van 1,18%. Wordt de vrije ruimte overschreden, dan is de werkgever over de overschrijding 80% eindheffing verschuldigd.
Met ingang van 1 januari 2024 wordt het percentage van 3% verlaagd naar 1,92%.
Het kabinet wil het voor werkgevers eenvoudiger maken om aan werknemers een OV-kaart aan te bieden. Bij het verstrekken en vergoeden van een OV-kaart moet een werkgever nu veel administratie bijhouden. Ook moet een werkgever nu loonheffing inhouden en afdragen als achteraf blijkt dat de werknemer de OV-kaart niet genoeg zakelijk gebruikt. Het kabinet heeft ingezien dat deze regelgeving te complex en lastig uitvoerbaar is. Daarnaast wil het kabinet voorkomen dat een werkgever achteraf nog extra loonheffing verschuldigd is.
Het voorstel is dat met ingang van 2024 een werkgever een OV-kaart (of voordeelurenkaart) aan zijn werknemers kan vergoeden, verstrekken of ter beschikking stellen die ook voor privédoeleinden kan worden gebruikt zonder dat hier belasting verschuldigd is. De enige voorwaarde om gebruik te kunnen maken van deze gerichte vrijstelling is dat de werknemer de OV-kaart ook (in welke mate dan ook) voor zakelijke reizen (waaronder woon-verkeer) gebruikt. Dus zolang de werkgever aannemelijk kan maken dat sprake is van zakelijk gebruik hoeft een werkgever geen registratie van privé- en zakelijk gebruik meer bij te houden om in aanmerking te komen voor de gerichte vrijstelling. Een werkgever kan er ook voor kiezen om niet de volledige, maar een deel van de aanschafkosten van een OV-kaart te vergoeden.
Met ingang van 1 januari 2024 wordt de maximale onbelaste reiskostenvergoeding van € 0,21 verhoogd naar € 0,23 per zakelijke km. Deze maximale onbelaste kilometervergoeding blijft gelden voor alle vervoersmodaliteiten.