De drie mannen van het eerste uur zijn er niet meer. Dat maakt vastlegging van onze historie urgent.
In tijden dat we vooral vooruitblikken is een terugblik op zijn plaats. Waar komt Moore MTH vandaan? Lees – op chronologische volgorde – de geschiedenis van de afgelopen 70 jaar!
Op 1 mei 1986 stonden Ten Hoopen en Spijkers met hun groeiambities er samen alleen voor.
Het combineren van een eigen praktijk in zowel Emmeloord als Steenwijk met de groeiambities, maakten het noodzakelijk om ofwel verder te delen ofwel zelf aansluiting te zoeken bij een groter kantoor. Samen werd na verkennende gesprekken met grote partijen gekozen voor zelfstandig verder gaan.
2014 – 2021
Na het afscheid van voorzitter Frits Spijkers kwam er opnieuw een Ten Hoopen aan het roer van het bedrijf. Olaf ten Hoopen, zoon van Ger ten Hoopen, werd voorzitter van het bestuur bestaande uit Ton Rakké en Peter Houtkamp en later Franc Kapitein.
Bekijk volledige tijdlijn
Een overzicht van de belangrijkste gebeurtenissen in de geschiedenis van Moore MTH in één oogopslag.
Op 11 september 1924 zag onze oprichter de heer Marinus Meeuwsen het levenslicht in ´s Heer Abtskerke te Zeeland. Het waren crisisjaren en vader Meeuwsen moest begin jaren ´30 door deze zware economische omstandigheden zijn boerderij verlaten en weer gaan inwonen bij zijn moeder.
Weduwe Meeuwsen had begin 1932 haar kruidenierswinkeltje in de voorkamer
In hetzelfde jaar viel in Noord Holland de Wieringermeerpolder droog. Een kans ! Het jonge gezin Meeuwsen twijfelde niet. Een nieuw leven, een eigen boerderij; het behoorde tot de mogelijkheden voor pioniers.
Vader Meeuwsen had deze ambitie. Oktober 1931 trok het gezin naar de Wieringermeer. Vanuit basiskamp Nieuwesluis werd het zware pionierswerk opgepakt. Begin 1932 spatte de droom al uiteen. Vader Meeuwsen overleed en moeder moest zorgen voor het jonge gezin met vijf kinderen. Zij startte in de voorkamer van haar woning een kruidenierszaak in Slootdorp en voorzag op die wijze zelfstandig in haar inkomen en de zorg voor de kinderen.
De jonge Marinus Meeuwsen, oudste zoon van het gezin, groeide op en ging naar de MULO. Daarna aan het werk bij de heren Silvis en Vos, een accountantskantoor in Middenmeer. Vanaf 1938 tot en met 1942 werd naast het werk ook gestudeerd. Daarna volgde de verplichte arbeitseinsatz. Meeuwsen werd 18 jaar oud en iedere Nederlandse jongen was verplicht om dan te gaan werken voor de Duitse bezetter. Meeuwsen werd tewerkgesteld bij een rubberfabriek in Hannover en raakte daar onfortuinlijk drie vingers kwijt van zijn rechterhand. Een bedrijfsongeval. Meeuwsen mocht even terug naar Nederland om te herstellen en is direct ondergedoken. Hij ging in het verzet en vertaalde vanuit de Wieringermeer berichten uit Engeland voor het dagblad Trouw.
Het einde van de oorlog was nabij. Het was 17 april 1945. Een bijzondere dag voor twee Polders. De Wieringermeerpolder werd door een geforceerde dijkdoorbraak door de bezetter volledig onder water gezet. Het water kwam tot 4,5 meter hoogte en de Wieringermeerpolder, nog maar net gewonnen van het water, was weer terug bij af. De inmiddels drooggevallen en deels gecultiveerde Noordoostpolder is op dezelfde dag ontzet en bevrijd van de bezetters, zonder al die vreselijke schade. Een schril contrast.
Moeder Meeuwsen moest in de Wieringermeerpolder na de overstroming weer helemaal opnieuw beginnen. Opnieuw pionieren. Er werden weer huizen gebouwd en in 1946 was er alweer een eerste oogst in de Wieringermeer. Marinus Meeuwsen nam militaire dienst na de oorlog en ging voor een opleiding naar Engeland om vervolgens te worden uitgezonden naar Nederlands Indië. Zijn rol bestond in het fourageren van de soldaten. Als inkoper van voeding was Meeuwsen veel onder de lokale boeren.
Op 11 mei 1939 werd Ger ten Hoopen geboren in het Drentse stadje Meppel. Als enig kind in een gezin waarvan vader de kost verdiende als boekhouder van de plaatselijke Fiat garage. Ger kon goed leren en haalde op zijn zeventiende de HBS in Meppel. Hij deed mee in de voorstellingen van toneelvereniging Vester en bracht zijn jeugd verder straatvoetballend in onbezorgdheid door.
Ger ten Hoopen groeide op met teamwork (geknield tweede van links).
Na de HBS ging Ger aan het werk in Meppel bij Accountantsbureau Koetsier. In 1965 ontstond het eerste contact met Meeuwsen.
Accountantskantoor Meeuwsen zocht een ´eerste´ accountant die de grotere klanten kon bedienen. De advertentie werd gespot in het Hervormd Dagblad tijdens een bezoekje bij zijn ouders. Ger reageerde en Meeuwsen kwam in Meppel kennis maken om alle diploma´s te bekijken. Daarna nam hij Ger samen met zijn vrouw Henny mee in de auto om Emmeloord te laten zien. Ger accepteerde het aanbod niet zonder meer. Hij wilde eerst op het kantoor van Meeuwsen rapporten van klanten inzien. Hij wilde een beeld van het klantenbestand en van de wijze van werken.
Zo trok het jonge gezin met hun pasgeboren dochter in 1965 naar het nieuwe land. Ger had al op de HBS de ambitie om registeraccountant te worden. Zijn oom, die accountant was, heeft hem daartoe ongetwijfeld geïnspireerd.
Meeuwsen had tot die tijd zijn kantoor laten groeien maar ook bewust een aantal keren een participatie of partnerschap in zijn bedrijf afgeslagen. Toetreding moest echt de basis van het kantoor versterken en die versterking had zich nog niet voorgedaan. Meeuwsen was kritisch. Tegelijkertijd liet hij welbewust de gelegenheid lopen om in Dronten en Lelystad een vestiging te openen. Personeelsbeleid met alle beslommeringen die daarbij horen vond Meeuwsen lastig. De schaal van het kantoor in Emmeloord had een omvang die Meeuwsen goed kon overzien.
In 1975 haalde Ten Hoopen, die zijn RA-studie had stopgezet, zijn diploma voor belastingconsulent. Op dat moment werd de beslissing genomen. Ten Hoopen ambieerde ondernemerschap en Meeuwsen zocht versterking van de leiding en continuïteit. De ruil was simpel: Ten Hoopen pakte zijn RA studie op en mocht dan partner worden van Meeuwsen in een tweekoppige directie. Een meesterlijke zet.
Eind 1949 kwam mijnheer Meeuwsen terug uit Nederlands Indië. Zijn voormalig werkgever zat natuurlijk niet direct op hem te wachten na een oorlog en vijf jaar militaire dienst. Meeuwsen zelf wilde wel graag terugkomen in het vak maar dan als zelfstandige.
Emmeloord, Lange Dreef
De Noordoostpolder was in 1942 drooggelegd en de ontwikkelingen stonden daar op het punt van beginnen. Meeuwsen wilde zelf –net als zijn vader- gaan pionieren in de Polder. Niet als boer, maar als accountant voor ondernemers en agrariërs.
In april 1950 bracht Meeuwsen zijn eerste bezoek aan de Polder. Hier wilde hij zijn bestaan opbouwen. Op 1 mei 1950 begon hij zijn onderneming: Meeuwsen & co. Op de achtergrond gesteund door de participanten Silvis en Vos (&co) en gefinancierd door 6 klanten van de kruidenierszaak van moeder die hem allen 3.000 gulden wilden lenen. Meeuwsen wilde onafhankelijk zijn van de bank en koos voor crowdfunding avant la lettre. Er was slechts 1 belemmering. Een vestigingsvergunning. De Noordoostpolder kende geen vrije vestiging. De ‘’directie van de Wieringermeer’’, gewend aan polderwerken, was belast met de inrichting van het nieuwe land. Dat ging zeer gestructureerd en was omgeven met selectie van de beste boeren en middenstanders uit het hele land. Men wilde boeren en middenstanders die zich voor de nieuwe samenleving wilde inzetten en dus ook gericht waren op samenwerken. Daarin paste geen vrije vestiging van buitenaf. Men zou elkaar wellicht kapot kunnen concurreren en de doelstelling van het inrichten van een nieuwe samenleving uit het oog kunnen verliezen. Omdat er al een accountant was in de polder werd de door Meeuwsen op 25 juli 1950 ingediende aanvraag tot vestiging eerst afgewezen. Meeuwsen liet zich niet uit het veld slaan en zette al zijn connecties in. Op 13 juli 1951 ontving Meeuwsen een mooie aanbevelingsbrief van het hoofd van de afdeling personeelszaken van het Ministerie van Oorlog. De aanvraag tot vestiging van een accountantskantoor in de Noordoostpolder werd daarin ondersteund richting de Directie van de Wieringermeerpolder. Men wilde in alle afwegingen meenemen dat Meeuwsen zijn diensttijd voor een aanmerkelijk deel in Indonesië had vervuld.
Op 11 september 1951, de 27e verjaardag van Meeuwsen, kwam de gewenste vergunning. Meeuwsen kon zich nu definitief gaan vestigen met gezin en bedrijf in de Noordoostpolder.
Uit het kasboek van het eerste jaar -1950- van de onderneming is goed af te leiden dat Meeuwsen vertrouwen had in een goede afloop van zijn vergunningstraject. Hij ging op pad om cliënten te werven per gehuurde Solex. Eerst vanuit de Wieringermeer met de boot vanaf Enkhuizen naar Urk. Later door te logeren in Kampen of in Marknesse. Op 13 november 1950 kocht Meeuwsen voor 1525 gulden een motor, een Zundapp 200cc. Via een relatie uit de Wieringermeer die in Marknesse woonde kon hij een Overijssels kenteken bemachtigen. Kentekens waren indertijd door de beginletter nog herkenbaar naar afkomst. Meeuwsen vond het belangrijk om met een E–kenteken (E.62610) de thuismarkt van de Polder te bewerken. Dat ging een stuk makkelijker dan met de Solex. Blijkens het kasboek kostte de leren motorjas 207,60 gulden. Hij zag er goed uit. Meeuwsen had haast en wachtte niet lijdzaam op een vergunning. In maart 1950 was de eerste openbare verpachting. Er kwamen 180 nieuwe boerderijen in pacht. Er was werk aan de winkel. De polder was ‘’booming’’. Begin 1950 woonden er 5.000 mensen. In juli 1951 werd de 10.000 ste inwoner geboren. Het bruiste van de groei. Die motor was een uitkomst en het ideale vervoermiddel om snel van potentiële klant naar potentiële klant te reizen.
Bijgaand voorblad toont een archiefexemplaar van een van de eerste jaarrekeningen, uitgebracht door Meeuwsen over het jaar 51/52 van een agrarische cliënt. De analyse van het resultaat bij de opmerkingen is aandoenlijk: ‘’Opbrengst melk is laag geweest, wegens ziekte koe. Tevens een koe kleine periode drooggestaan’’. Uit de eerste advertentie uit ons archief, aangetroffen in een boek over 10 jaar Noordoostpolder (1952), blijkt dat de marketingafdeling van Meeuwsen & Co nog een bescheiden bezetting had.
Meeuwsen had als ondernemer en accountant een duidelijke visie die was gericht op drie zaken: onafhankelijkheid, kwaliteit en klanttevredenheid. Meeuwsen wilde ‘’het heel goed doen’’. Met de Bijbelse lijfspreuk: ‘’een goede naam is beter dan goede olie’’, in het achterhoofd zorgde Meeuwsen dat hij onder alle omstandigheden op tijd kwam bij zijn klanten. Hij was er van overtuigd dat persoonlijke relaties zouden leiden tot groei. Op 1 mei 1959 kocht Meeuwsen de stille partners Silvis en Vos uit en werd het kantoor omgedoopt in Accountantskantoor Meeuwsen en was ook de volledige onafhankelijkheid gerealiseerd. In een latere fase van de onderneming, in 1978, koos Meeuwsen voor partnerschap als vorm van onafhankelijkheid. Er was een duidelijke voorwaarde: maten moesten wat inbrengen wat Meeuwsen zelf niet had. Bovendien moesten ze goed met klanten kunnen omgaan en ook harde –lees eerlijke- adviezen durven geven. Meeuwsen vond die maat in de persoon van Ger ten Hoopen.
Ingaande 1 mei 1978 wordt de vennootschapsovereenkomst gesloten. Een contract waaruit visie spreekt. In artikel 3 van de overeenkomst is de genoemde ruil vastgelegd: ‘’ter uitoefening van het beroep van registeraccountant zal Ten Hoopen zijn studie voor het diploma van register-accountant voortzetten’’.
Zo werd een persoonlijke ambitie een contractuele verplichting voor Ten Hoopen. Beide heren vonden dit essentieel voor de toekomst van de onderneming.
In artikel 11 van het contract wordt verder vooruitgekeken: ‘’ vennoten zijn van mening dat er moet worden gezocht naar een passende versterking van de leiding van de vennootschap. Zij denken daarbij aan een registeraccountant of een fiscaal jurist die na enige jaren inwerken als vennoot zou kunnen toetreden. Die fiscaal jurist in de persoon van Frits Spijkers –vers afgestudeerd in Groningen- zou in 1979 als beginnend fiscalist het kantoor komen versterken. In 1980 haalde Ten Hoopen de RA-titel en waren alle technische kwaliteiten die op dat moment bij een modern accountantskantoor pasten in huis: aa, ra, mr en fb.
Met de komst van Ger ten Hoopen in de directie was niet alleen het principe van eenhoofdige leiding verlaten. Het principe van 1 vestiging sneuvelde ook.
De jonge fiscalist Frits Spijkers werd toegevoegd aan het partnerteam.
Ten Hoopen wilde buiten de polder verder groeien om gestegen kosten ook weer te kunnen opvangen.
Schaalgrootte was nodig. Meeuwsen ondersteunde deze beleidswijziging en gaf Ten Hoopen de ruimte en vrijheid om kantoren aan te sluiten. Een tweetal kantoren in Steenwijk werd snel daarna overgenomen. De groei was ingezet. Ten Hoopen werd voorzitter van de handelsvereniging in Steenwijk en stortte zich ook op die markt. Frits Spijkers werd bovendien toegevoegd aan het partnerteam vanaf 1 januari 1984.
De naam werd vervolgens veranderd in Meeuwsen Ten Hoopen & Co. Het Nivra, de beroepsorganisatie voor registeraccountants, stond het voorvoegsel ‘’accountantskantoor’’ niet langer toe. Er zat immers nu ook een fiscaal jurist in het partnerteam.
Op 1 mei 1986 nam Meeuwsen afscheid van zijn Meeuwsen Ten Hoopen & Co. Na precies 36 jaar.
Ten Hoopen heeft bij het afscheid van Meeuwsen hem voor het eerst getutoyeerd. Een verhouding tussen onze oprichters waarbij vorm ruimte gaf aan inhoud en verschil ruimte gaf aan groei.
Meeuwsen, als pionier begonnen, was klaar voor een nieuwe uitdaging. Weer pionieren. Nu als ontwikkelingssamenwerker. Hij werkte van 1986 tot 1992 voor Across in Nairobi. Een verrijking van het leven voor Meeuwsen en zijn vrouw maar het moet ook een verrijking zijn geweest voor Kenia. Meeuwsen stond voor integriteit, verantwoordelijkheid, vertrouwen en rentmeesterschap. Die laatste twee waarden kwamen mede tot uiting in de financiering die Meeuwsen verstrekte aan de voortzetters Ten Hoopen en Spijkers. Hij vertrouwde op het team en de groeiambities en gunde de voortzetters alle tijd voor de betaling van de uitkoop.
Op 1 mei 1986 stonden Ten Hoopen en Spijkers met hun groeiambities er samen alleen voor.
Het combineren van een eigen praktijk in zowel Emmeloord als Steenwijk met de groeiambities, maakten het noodzakelijk om ofwel verder te delen ofwel zelf aansluiting te zoeken bij een groter kantoor. Samen werd na verkennende gesprekken met grote partijen gekozen voor zelfstandig verder gaan.
Piet de Boer (links) en Ger ten Hoopen (rechts) werkten intensief samen aan de operatie en de strategie van de maatschap. Een hecht team.
Voorjaar 1987 werd Piet de Boer (RA) aangetrokken. Hij ging de interne zaken –inkoop/hr- overnemen en ging geen klantenwerk doen.
Louis van der Burg werd aangetrokken voor de vestiging Steenwijk. Spijkers ging zich richten op de fiscale praktijk. Ten Hoopen op de aansluiting van nieuwe kantoren en de accountantspraktijk. In 1988 ontstond de maatschap met deze vier personen. Het delen van verantwoordelijkheid en het vertrouwen in een groter team maakte groei mogelijk.
De vier partners van de maatschap: Ger ten Hoopen, Piet de Boer, Louis van der Burg en Frits Spijkers.
Toen in 2000 Ten Hoopen afscheid nam stond er een kantoor met 38 miljoen gulden omzet, 16 vestigingen en 300 medewerkers.
Bij het afscheid van Ten Hoopen (links) een onderonsje met opvolger Spijkers. Plezier en gedeelde waarden als basis.
Assen, Bussum, de Polders, de Veluwe; vele kantoren werden aangesloten en vele nieuwe partners traden toe tot de maatschap in de jaren ‘80 en ‘90.
Het aansturen van een dergelijk samenwerkingsverband vereist een aantal bijzondere kwaliteiten. Ten Hoopen beschikte over geduld, rust en kon uitstekend delegeren. Hij was scherp waar nodig en mild waar mogelijk. Spijkers omschreef hem bij zijn afscheid als volgt: ‘’een innemend en gemoedelijk man, zowel met sigaar als later zonder. Een voortreffelijke bestuurder.
Ten Hoopen had een ingebouwde automatische klimaatbeheersing, in staat om de juiste sfeer te scheppen ook in moeilijke situaties en confrontaties waarmee hij schijnbaar fluitend omging.’’ Kenmerkend voor de leiderschapsstijl was vertrouwen geven en verantwoordelijkheid delen. Altijd met in het achterhoofd het rentmeesterschap van de heer Meeuwsen. Met het vertrek van Ten Hoopen is afscheid genomen van de toevoeging ‘’co’’ in de naam. De oorspronkelijke oprichters werkten immers allebei niet meer bij MTH. Er waren alleen nog maar “co-tjes” over.
Een driekoppig bestuur in de persoon van Piet de Boer, Louis van der Burg en Frits Spijkers (voorzitter) zette de onderneming voort – uiteraard samen met de partnergroep en medewerkers.
Precies de drie mannen die samen met Ten Hoopen de maatschap vormden eind jaren ’80. De focus kwam vanaf 2001 te liggen op autonome groei.
Er vonden nog wel een aantal aansluitingen plaats maar de intensiteit van de groei lag in het versterken van hetgeen er al was. Een goede strategie die goed paste bij het economisch getijde. Er was overal groei. Onder operationele leiding van Piet de Boer en bestuurlijke leiding van Frits groeide de onderneming door naar wat in 2014 38 miljoen euro omzet was.
“Na de pionier Meeuwsen, de bouwer Ten Hoopen, was Frits een verbinder.”
Frits Spijkers heeft zich als voorzitter met name onderscheiden in de jaren dat het er op aan kwam. De financiële crisis ging gepaard met het vertrek van een generatie partners die jarenlang bepalend zijn geweest. De rechtsvorm werd gewijzigd in een coöperatie en ons goodwillsysteem werd afgeschaft. Vervolgens werd de bestuursstructuur aangepast met een directeur op het Facilitair bedrijf. Die transities in goede banen leiden was Frits bijzonder goed toevertrouwd. Na de pionier Meeuwsen, de bouwer Ten Hoopen, was Frits een verbinder.
“Voordat een klant een echte relatie is moet je elkaar gaan kennen, moet je vertrouwen geven, moet je hem gaan begrijpen.”Frits Spijkers
Hij wist een generatiewisseling in de partnergroep en bestuur te combineren met behoud van teamgeest. Bij zijn afscheid, eind 2013, had hij een heldere boodschap: hoe de juridische structuur ook is: blijf maten! Zijn visie op ons werk kan gevat worden in letterlijke citaten die hij alle medewerkers voorhield in zijn afscheidsspeech: ’’voordat een klant een echte relatie is moet je elkaar gaan kennen, moet je vertrouwen geven, moet je hem gaan begrijpen. Vereenzelvig je niet met de klant. Je moet zijn of haar probleem oplossen, niet je eigen probleem. Maar leef je in en leef mee met je relaties.’’ Een combinatie van intimiteit en afstand. De kern van ons onafhankelijk partnerschap.
Met het afscheid dat Frits nam van onze club werd wederom de naam gewijzigd: MTH accountants & adviseurs. Ons nieuwe motto: “Een goed gevoel”. Een nieuw hoofdstuk in onze 65 jarige geschiedenis. De klaprozen in de uitingen van MTH behoren tot de familie van de ‘’pioniersbloemen’’. Een verwijzing naar ons begin: pionier Meeuwsen op zijn motor op zoek naar klanten in een nieuw land in een periode die voor velen een nieuw begin was.
Na het afscheid van voorzitter Frits Spijkers kwam er opnieuw een Ten Hoopen aan het roer van het bedrijf. Olaf ten Hoopen, zoon van Ger ten Hoopen, werd voorzitter van het bestuur bestaande uit Ton Rakké en Peter Houtkamp en later Franc Kapitein.
Olaf kwam in 1994 in dienst bij MTH als junior fiscalist, na eerst 2,5 jaar ervaring te hebben opgedaan bij een ander kantoor. Olaf: “Een aantal weken daarvoor vroeg mijn vader, tijdens een wandeling met de hond, of ik mezelf ook bij MTH zag werken. Geïnspireerd door de verhalen van mijn vader was ik geïnteresseerd in de mens achter de ondernemer en wist ik dat ik graag voor Nederlandse MKB-bedrijven wilde werken. En zo begon ik bij MTH, bij een nieuw aangesloten kantoor in Meppel. Een mooi begin want mijn beide ouders en grootouders kwamen uit Meppel, dus ik kende de stad al een beetje. Het was voor mij heel bijzonder om de hand van mijn vader nadrukkelijk te herkennen in de cultuur van het bedrijf en om in 2014 Frits Spijkers te mogen opvolgen die eerder heel intensief met mijn vader had samengewerkt.”
Bestuursvoorzitter Olaf Ten Hoopen
In 2014 bestond MTH uit 16 vestigingen en had iedere vestiging nog vooral zijn eigen cultuur. Dat wilden we graag anders! De focus verschoof naar het vormen van één MTH en ons nieuwe motto werd; ‘Relaties bouwen, waarde creëren’. Dat sloot naadloos aan op Frits’ visie op het bouwen van een relatie met je klant voordat je hem of haar echt kunt helpen. Alle vestigingen gingen op eenzelfde manier werken en er ontstonden landelijke servicelijnen. Cruciaal in deze nieuwe strategie was en is; optimale samenwerking tussen de kantoren, regio’s en specialisten voor de beste ondersteuning van onze klanten.
Uitspreken dat je één MTH wilt zijn is een ding, dit daadwerkelijk ten uitvoer brengen is een tweede. Daarvoor bepaalden we samen met onze medewerkers de invulling van de vijf MTH-kernwaarden die samen de ingrediënten vormen voor een optimale samenwerking. Deze kernwaarden zijn geïnspireerd op het boek ‘’The five dysfunctions of a team’’ van Patrick Lencioni. We hebben vervolgens getoetst of ook onze oprichters in de praktijk al samenwerkten volgens deze kernwaarden. Dat bleek het geval. Door de kernwaarden te vertalen in eigen MTH-gedragsprincipes hebben we het gewenste gedrag niet alleen uitgeschreven, maar ook een plek gegeven in ontwikkelingsgesprekken met medewerkers. Zo vormen we een optimaal team dat in dialoog met elkaar, het verschil kan maken voor ondernemers. Iedereen draagt hierdoor bij wat hij of zij het beste kan. Dat is ook vaak het leukst.
In tussentijd startten we ook met een nieuwe dienst en een nieuw merk; MONI, de persoonlijke online controller. MONI zorgt voor de essentiële en optimale administratieve basis door goede financiële vastlegging en zorgt daarbovenop ook voor de controlling. Deze specifieke tak van ons bedrijf groeit als kool. Er is veel behoefte aan bij ondernemers.
Als full service financieel advieskantoor zijn onze diensten momenteel in grote lijnen te verdelen in vier onderdelen te weten:
Doordat we als één MTH intensief samenwerkten en op éénzelfde manier werkten, konden we ook beter investeren in kwaliteit. Daarvoor richtten we in 2017 ons eigen team Quality & Compliance op. Dit team zorgt voor focus op systematische en blijvende aandacht voor kwaliteit. Klanten waarderen onze kwaliteit van dienstverlening met hoge scores in landelijke klanttevredenheidsonderzoeken. Een van onze belangrijkste strategische doelstellingen.
MTH is lid van MOORE GLOBAL; een groot wereldwijd netwerk van onafhankelijke accountants- en adviesbureaus. Wij helpen ondernemers met groeiambities. Daarvoor kunnen onze klanten terugvallen op goede Moore-sparringpartners en juiste begeleiding in het buitenland. Daarnaast zijn we op onze beurt een uitstekende partner voor bedrijven die in Nederland een bedrijf willen starten of hun activiteiten naar Nederland willen uitbreiden. We werken daarom goed samen met onze collega’s binnen het netwerk en dragen bij aan het internationale netwerk door zitting te nemen in de regional council (Europees bestuur) en invulling te geven aan het global leaderschip binnen het netwerk voor de expertise indirecte belastingen (onder meer btw). Om onze internationale dienstverlening verder te verbeteren en te versterken hebben wij in 2018 een accountantskantoor uit Hoofddorp kunnen aansluiten bij MTH. Inmiddels is dit internationale team verder uitbereid. Vanuit deze vestiging ondersteunen we ook de collega’s in de rest van het land met specifieke internationale expertise. Iedere collega en iedere klant van MTH heeft zo toegang tot goede begeleiding bij internationale vraagstukken.
Graag herinneren we op deze plek onze collega’s Reinoud en René. We missen hen enorm.
Op 5 februari 2020 werden wij opgeschrikt door het bericht dat Reinoud Kleijer is overleden. Reinoud mocht slechts 37 jaar oud worden.
Lees hier het volledige bericht.
Op 1 maart 2021 is onze fijne sportieve collega, vriend en echte Moore MTH-er René Hoogendijk op de leeftijd van 44 jaar, door een auto-ongeluk overleden.
Lees hier het volledige bericht.
We hebben cookies nodig om de site te laten werken, deze bewaren geen persoonsgegevens.
We hebben cookies nodig om de site te laten werken, deze bewaren geen persoonsgegevens.